piekeren

Kerkhof, A. (2007). Piekeren: een stapsgewijze methode om je gepieker te verminderen. Amsterdam: Boom


Kernwoorden: piekeren, zelfhulp, invuloefeningen, positief piekeren, cognitieve gedragstherapie.

In dit zelfhulpboek van prof. dr. Ad Kerkhof, hoogleraar klinische psychologie en vrijgevestigd psychotherapeut, wordt de lezer gestimuleerd om overmatig piekeren terug te dringen. Dit boek is tot stand gekomen in samenwerking met vijf studenten klinische psychologie die afstudeerden op het onderzoeksproject Stop ‘t Getob.


Allereerst wordt ingegaan op wat piekeren is. Piekeren is het onafgebroken repeteren van dezelfde gedachten zonder dat er een eind aan komt. Piekeren is niet hetzelfde als denken. Denken leidt immers tot oplossingen of heroverweging. Piekeren leidt hooguit tot voorbereidingen tot actie, maar men bevriest als het ware tijdens de voorbereidingen. Denken leidt tot opluchting, piekeren leidt tot machteloosheid, vermoeidheid en uitputting. In de Franse taal wordt piekeren ‘torturer l’esprit’ genoemd: het martelen van de geest. In dit boek wordt aangesloten bij deze Franse zienswijze: piekeren is een vorm van zelfkwelling. H. Hermans schreef in 1993 een boek met een hierbij aansluitende en pakkende titel: ‘Je piekert je suf’.


Kern van de aanpak in dit zelfhulpboek is dat men leert om zo snel mogelijk piekergedachten te herkennen en te vervangen door iets anders. Dat kunnen andere gedachten zijn, maar ook afleiding, ontspanning, een gedachtenpauze of een gedachtendwarrel. Ook kan men leren op positieve wijze te piekeren. Het boek geeft een uitwerking van verschillende oefeningen die men regelmatig moet oefenen om de piekergewoonte te doorbreken: het opschrijven van piekergedachten en het bestrijden met meer realistische verbeeldingen over wat er fout en goed zou kunnen gaan. Dit laatste, namelijk piekeren over wat er wel goed kan gaan, is een belangrijk element in de aanpak. Positieve emoties vergroten onze kijk op de dingen in ons leven en maken ons creatiever bij het bedenken van oplossingen voor problemen. Het is belangrijk dat men in het dagelijks leven regelmatig situaties creëert, waarin men de mogelijkheid heeft tot het ervaren van positieve emoties. Hierbij kan men denken aan mediteren, wandelen of creatief bezig zijn. Vanuit de metacognitieve therapie is het goed dat er aandacht is voor het feit dat piekeraars hun piekergedachten niet zo makkelijk loslaten vanwege de angst om de controle over een probleem te verliezen. Regelmatig iets positiefs doen, kan er wel voor zorgen dat men zich beter voelt en vergroot meer het gevoel van controle.


Het boek biedt veel verschillende oefeningen om overmatig piekeren terug te dringen. In die zin geeft het boek een uitgebreider arsenaal aan oefeningen dan in de meeste (e-health) programma’s die ontwikkeld zijn voor cliënten met gegeneraliseerde angstklachten. Wanneer de lezer tweemaal per dag een kwartier oefent, zal hij na een maand verbetering zien. Het werken met dit zelfhulpboek vraagt wel doorzettingsvermogen; geadviseerd wordt om naasten erbij te betrekken. Het boek biedt prima materiaal om ook binnen cognitieve gedragstherapie te gebruiken. Het zou mooi zijn wanneer het boek omgezet kan worden naar een online versie voor een blended behandeling.


Drs. Gerrie Ham-Willemsen, GZ-psycholoog, Cognitief gedragstherapeut en supervisor VGCt, junior schematherapeut en EMDR-practitioner.