SCHEIDEN EN DE KINDEREN


Spruijt, E. & Kormos, H. (2014). Handboek scheiden en de kinderen: voor de beroepskracht die met scheidingskinderen te maken heeft. Houten: Bohn Stafleu van Loghum. ISBN 978 90 313 9891 1.


RECENTIE VOOR: WWW.PROFESSIONEELBEGELEIDEN.NL
JANUARI 2016

Jaarlijks worden meer dan zeventigduizend kinderen en jongeren geconfronteerd met de scheiding van hun ouders, die gemiddeld genomen twee keer zo veel problemen hebben als kinderen uit intacte gezinnen. Reden genoeg om een handboek voor professionals samen te stellen en uit te geven over het thema ´scheiden en de kinderen´. De nieuwe wet uit 2009 verplicht ouders om een ouderschapsplan op te stellen waarin onder andere wordt vastgelegd hoe ouders de omgang, informatie-uitwisseling en alimentatie gaan regelen. Sinds 1998 behouden ouders beide het gezag na een scheiding. Deze veranderingen in de wet leidden ertoe dat meer kinderen na de scheiding nog contact houden met de uitwonende ouder en dat het percentage co-ouderschappen steeg. Deze wetswijzingen hebben er echter niet toe geleid dat er minder vechtscheidingen zijn. Met name kinderen die geconfronteerd worden met veel conflicten en waarbij sprake is van een vechtscheiding of familiedrama, hebben onder andere meer last van internaliserende problematiek, gedragsproblemen en verminderde schoolprestaties.


In deze herziene druk willen de schrijvers recente wetenschappelijke kennis en ervaring toegankelijk maken voor de beroepskracht die met ouders en scheidingskinderen te maken heeft: zoals gedragswetenschappers, gezinsvoogden, wijkteams, juridisch medewerkers en leerkrachten. De indeling van het boek sluit aan bij het geïntegreerde model van Amato (2010), waarin alle relevante variabelen zijn geordend: maatschappij, opvoeding, ernstige problemen, wetgeving en ondersteunende maatregelen.


De auteurs pleiten ervoor dat het scheidingskind vooral gebaat is bij maatregelen ter verkleining van de grootste risicofactoren. Dat betekent volgens hen meer aandacht voor programma´s voor het leren omgaan met conflicten voor ouders, ondersteuning van de (band tussen kind en) inwonende ouder, bevordering van de continuïteit en stabiliteit in het leven van een kind, in het hele land beschikbaarheid van programma´s voor scheidingskinderen en wetgeving die werkelijk prioriteit geeft aan het kind in plaats van aan de ouders. Met als uitgangspunt een ´kindgericht´ ouderschap in plaats van een ´gelijkwaardig´ ouderschap.
Het is de auteurs gelukt om daarbij praktische kennis centraal te stellen door de vele casuïstiek, adviezen en beschrijvingen van programma´s. Het is een compleet en informatief boek, hoewel de structuur soms toch wat confuus aandoet door de vele herhalingen en samenvattingen.


Drs. Gerrie Ham-Willemsen, orthopedagoog NVO in opleiding tot GZ-psycholoog, cognitief gedragstherapeut VGCt.